Hoe Zwarte Pietdiscussie te depolariseren?
In de paar weken en vooral de vijf dagen voor de komst van sprookjesfiguur Sinterklaas en zijn Pietermannen naar Zaandam en vervolgens naar alle andere plaatsen in ons Lage Land leek er nog maar over één onderwerp gesproken te worden. De kleur van Piet. Tegenstanders van Zwarte Piet kondigden in diverse steden protestdemonstraties aan bij de intocht van de GoedHeiligMan. Dat deze vaak volstrekt humorloze protestmanifestaties felle en vaak ook ongenuanceerde tegendemonstraties zouden uitlokken kon je voorspellen. Daar hoefde je geen grote geleerde voor te zijn. Zeker toen hooligans van diverse profclubs zich er mee gingen bemoeien. Uit op rellen en een lekker potje matten als het kan. Natuurlijk gestimuleerd door alcoholica en andere stimulantia. Zware beveiliging van dit kinderevenement had ineens een topprioriteit. Het (culturele) debat in de media kenmerkte zich door hevige polarisatie. Je ingraven in je eigen schuttersputje met onwrikbare standpunten. Een gesprek tussen doven. Het zich verplaatsen in de positie van de ander kwam helaas zelden of niet voor. Een geweldige vicieuze cirkel dreigt te ontstaan, die ieder jaar rond oktober/november met grote aardbevingskracht terugkomt. En wie kan deze polarisatie nog beslechten? Géén politicus, ook Rutte niet. Géén kerkmonarch, zelfs de nieuwe bisschop van Roermond Harrie Smeets niet. Luisteren naar autoriteit hebben we bijna volledig afgeleerd. En toch zullen we als samenleving dit probleem moeten oplossen. Vooral locaal, maar waar te beginnen?Ik denk op de eerste plaats door de vraag te stellen. ‘Hoe ervaren kinderen alle discussies en aanpassingen omtrent Zwarte Piet?’ Het blijkt nu dat ze het eigenlijk niet uit maakt. Hoe reageren kinderen als zij zien dat Piet niet geschminkt is, maar ze hadden wel een traditioneel Pietenpak aan en waren verder gewoon wit? Ook dan roepen kinderen nogal vaak: “Kijk pap daar is Zwarte Piet.” In de herinnering van menig ouder of grootouder waren Pieten gewoon zwart en dat hoorde bij de associatie die ze hadden bij dat oergezellige en spannende feest uit de kindertijd. Het blijkt dat volgens ontwikkelingspsychologen het Sinterklaasfeest voor vooral kleine kinderen een zeer magisch sprookje is. Het maakt eigenlijk niet uit wie daar daarin optreden. Kinderen kunnen zo opgaan in hun fantasiewereld dat ze denken dat het de werkelijkheid is. In die fantasiewereld , zo zegt emeritus professor Willem Koops, heeft een kind er ook geen enkele moeite mee om een Witte Piet gewoon Zwarte Piet te noemen. Kinderen blijken er weinig moeite mee te hebben als bijvoorbeeld een WegwijsPiet nu pizzabakker is geworden. En omdat hij niet meer door de schoorsteen gaat, is Piet nu wit en niet meer zwart. Ook voor veel kinderen allemaal heel logisch. Uit ondersoek aan de Universiteit van Leiden bleek dat onder overwegend blanke kinderen in de leeftijd van 5 tot 7 jaar Zwarte Piet meer te associëren met een clown dan met zwarte mensen. Ook het beeld Zwarte Piet is positief. Ze vinden hem aardig, slim en belangrijk.
Koops beweert dan ook vol overtuiging: “Jonge kinderen discrimineren van nature nooit. Het is daarom ook onzin dat Zwarte Piet de discriminatie zou bevorderen. Kinderen kennen geen enkele betekenis toe aan de huidskleur.” Je zou de kleur van Zwarte Piet best kunnen aanpassen omdat sommige volwassenen hem zo omstreden vinden. Maak er dan gewoon een belangrijke medewerker van Sint van en noem hem Piet. Die switch kunnen kinderen, denk ik, moeiteloos maken. Daarom zeg ik tenslotte: ‘Neem wat vaker een voorbeeld aan je kinderen of kleinkinderen. Dan zou de wereld er een stuk minder gepolariseerd en vrolijker uitzien.’
S.F. Nar