Sterven een miljoen plant- en diersoorten uit?

Column S.F.Nar
vrijdag 10 mei 2019


Van de naar schatting 8 miljoen plant- en diersoorten op onze aarde worden er zo’n 1 miljoen, ofwel 12,5%, met uitsterven bedreigd. En dat kan een veel gevallen al binnen enkele tientallen jaren gebeuren. Althans dat concluderen internationale experts in een gezaghebbend VN-rapport. Te vergelijken met het overbekende Rapport ‘Grenzen aan de groei’ uit 1972 van de befaamde Club van Rome. Dat rapport zorgde indertijd voor veel commotie. Het had een krachtige impact op het mondiale milieubewustzijn. In het rapport werd gesteld, dat als de westerse maatschappij in hetzelfde tempo bleef consumeren, de rek er binnen honderd jaar uit zou zijn. Met name de bevolkingsgroei en industriële productie zouden fikse klappen krijgen, terwijl de uitputting van grondstoffen al binnen 50 jaar voor problemen zouden gaan zorgen.

Dat rapport van VN-natuurorganisatie IPBES( Intergouvernementeel Platform voor Biodiversiteit en Ecosystemen) wordt beschouwd als het nieuwe wetenschappelijke naslagwerk voor de staat van de natuur. 150 wetenschappers uit 50 landen hebben 3 jaar gewerkt aan het 1800 pagina’s tellende document. Aan dit rapport werkten vier Nederlandse wetenschappers mee, waaronder Rob Alkemade, sinds 1 maart jl. buitengewoon hoogleraar biodiversiteit aan de WUR te Wageningen. Ook Ingrid Hamakers was een van hen. Zij wordt per 15 mei aanstaande professor of Environmental Governance and Politics aan de Radboud Universiteit te Nijmegen.

IPBES-voorzitter Robert Watson, atmosfeerchemicus, noemt deze teloorgang onheilspellend. “Wij mensen zijn op tal van cruciale gebieden afhankelijk van de natuur, die we nu in een rap tempo om zeep helpen: voor drinkwater, energie en schone lucht. Voor medicijnen en voor voedsel. We zijn de funderingen van onze economieën van ons bestaan, van onze kwaliteit van leven aan het afbreken. Als veel soorten verdwijnen heeft dat ingrijpende gevolgen voor natuurlijke ecosystemen.”

Mensen verwoesten op vijf manieren de biodiversiteit: 1. Door bossen, graslanden en andere natuur om te zetten in akkers, steden en wegen, waardoor planten en dieren thuisloos raken. 2. Door overbevissing. Een derde van alle visbestanden staat onder druk door consumptiedrift. 3. Door water- en landvervuiling: het dumpen van zware metalen, oplosmiddelen en giftige stoffen (stikstof, fosfaat en pesticiden) naast plasticvervuiling. 4. Door klimaatverandering als gevolg van het verstoken van fossiele brandstoffen wordt de leefomgeving voor sommige soorten te heet, te nat of te droog om te overleven. Tenslotte 5. Door invasieve exoten worden steeds meer planten en dieren bedreigd. 400 amfibieënsoorten lopen gevaar door één invasieve bacterie.

Erkend wordt dat het Rapport van de Club van Rome zeker wel positieve effecten heeft gehad. Anders zou de natuur nog veel verder achteruit gegaan zijn.

Het is gelukkig nog niet te laat, aldus Watson, maar alleen als we nu actie gaan ondernemen. Maar wel een totale omwenteling van ons economische systeem: omvormen van onze samenlevingen tot duurzame economieën. Minder consumptie, andere vormen van landbouw, duurzame visserij. De wereld moet wakker geschud worden. Omdat de wetenschap met één mond heeft gesproken over de beroerde situatie, is nu vooral de politiek aan zet. Gehoopt wordt op een internationaal biodiversiteitsakkoord in 2020 te Bejing, vergelijkbaar met het klimaatakkoord van Parijs(2015).

Eigenlijk, zo beweert Hamakers, zijn dezelfde veranderingen nodig als bij het klimaatakkoord. Duurzaamheid moet de norm worden en niet de uitzondering. Een paar voorbeelden. CO2 opslaan door nieuwe bossen aan te planten en op slimme wijze met bodems en veengebieden omgaan. Meer groen in steden, prettig voor dieren, zorgt voor waterberging bij hevige regenval en werkt afkoelend in hete zomers.

Wat beslist voorkomen moet worden is dat dit rapport in een diepe la verdwijnt. Veel landen hebben deze wetenschappelijke conclusies gelukkig al omarmd. Nu is het zaak hier een politiek en economisch gevolg aan te geven. Nu is het moment van verandering. En hoe schokkend dit rapport ook is, dat is hoopgevend.

Aan de slag zou ik zeggen op micro-, meso- en macroniveua. Jij en ik, wij dus, staan mede aan de basis van duurzame verandering.