Solidariteit

Column S.F.Nar
vrijdag 10 april 2020


Ons land zit midden in de slimme vergrendelingmaatregelen naar aanleiding van een gevreesd virus dat een sterke voorkeur heeft om te gedijen in kwetsbare longen en pandemisch om zich heen grijpt. Onzekerheid is troef, soms overheerst zelfs angst. Mij schiet meteen een inspirerende uitspraak in dit verband te binnen van de Duitse auteur Eckhart Tolle: “Als onzekerheid onacceptabel voor je is, dan wordt het angst. Als het volledig acceptabel is, dan zet het zich om in een groeiende levendigheid, alertheid en creativiteit.“ En deze laatste drie begrippen zijn voor ons allen nu juist van eminent belang. Laten we hopen dat deze flinke vergrendelingbesluiten van het kabinet, ingefluisterd door vooral virologen, succes hebben en een te snelle en te grote druk op ons gezondheidssysteem voorkomen kan worden. Willen we deze C-crisis sterker onder controle krijgen dan zal er massaal getest dienen te worden in combinatie met isoleren van de kwetsbaren en er moet natuurlijk een vaccin ontwikkeld worden. En dan nog kan het vele maanden duren voordat ons leven weer is als weleer. In de tussentijd ontstaat ruimte en tijd om na te denken over de invulling van ons leven en onze maatschappij met zijn sterk globaliserende trekken in het post coronatijdperk. Hoe geven we bijvoorbeeld blijvend vorm aan solidariteit?

Dat historische begrip solidariteit is door deze overheidsmaatregelen weer nieuwe leven ingeblazen met een orkaankrachtige snelheid van windkracht 11 op de schaal van Beaufort. Maar hoever reikt die solidariteit? Die begint natuurlijk in eigen kleine kring. Je gezin, daarna wordt de diameter van solidariteit vergroot met familie en vrienden. Vervolgens komen je andere sociale contacten volop in beeld en ben je begaan met het wel en vooral het wee van leden van je (sport)vereniging. Met mensen, soms goede bekenden, die je ontmoet in het theater, het museum, de bioscoop en de horeca of op vakantie. Je bent geïnteresseerd in je buurt, jouw woonplaats, je gemeente en wellicht ook nog in jouw provincie. En natuurlijke wil je wel weten hoe het in de rest van Nederland gaat. En je verneemt hoe andere landen omgaan met deze crisis. In buurlanden als Duitsland, België en Groot Brittannië, waar zelfs premier Boris Johnson geveld is door het virus. Je kijkt verontrustend naar Italië en Spanje. Je verbaast je over Zweden en het minimale restrictieve beleid aldaar. Nog meer over Hongarije, waar de democratie gewurgd lijkt. Maar zijn we werkelijk solidair met onze Europese vrienden? Of overheerst achterdocht en hekelen we vooral de Zuid-Europese mentaliteit? Hebben we nog een solidair oog voor de mensonterende toestanden in nabije vluchtelingenkampen en de hongersnood in Oost-Afrika? Of vertonen we Donald Trump sentimenten door te stellen: “Nederland in ieder geval op de eerste, de tweede en de derde plaats?”

In HP/De Tijd van april 2020 lees ik ondertussen een uiterst interessant artikel van Nathalie Huigsloot: ”Voor de mens ziet het er heel slecht uit” Een interview met astronaut André Kuijpers, wetenschapper Vincent Icke en wetenschapsjournalist Anna Gimbrère. Een paar uitspraken van hen, om deze gezondheidscrisis in een wat ander perspectief te plaatsen. Icke stelt: “De aarde is niet de enige planeet in ons zonnestelsel, het zonnestelsel is niet het enige zonnestelsel in onze Melkweg. Er zijn 100 miljard tot 200 miljard melkwegstelsels in het zichtbare heelal. We zijn bovendien gemaakt van koolstof, stikstof en zuurstof; dat komt allemaal uit de sterren. Waterstof komt uit de oerknal. We zijn kortom zozeer een gewoon onderdeel van het heelal dat we helemaal geen reden hebben om onszelf bijzonder te vinden.“

Kuijpers poneert: “De aarde is maar een biotoop; we kunnen in geval van nood niet even overstappen op een andere. Als er weer zo’n brok steen neervalt, zoals 66 miljoen jaar geleden, is het gebeurd met de mensheid. In die zin is het een biologische noodzaak dat we ons verspreiden. Met die ontwikkeling zijn we nu ook al bezig, maar we zitten veel te krap in de tijd, want deze planeet houdt het niet zo lang meer vol. Dus vanuit biologisch evolutionair oogpunt gezien moeten wij naar andere plekken toe, zoals diersoorten zich verspreiden, om in stand te blijven. Maar we barsten uit onze voegen, terwijl we nog niet weg kunnen. We hebben die technologie nog niet, we kunnen nog niet een andere planeet koloniseren En zolang we dat niet kunnen, moeten we in balans zien te komen met de natuur. Maar op dit moment vissen we de oceanen leeg, kappen we alle bossen om, en straks is het op. En ondertussen zijn er allerlei klimaatsceptici die het besef dat ons zou kunnen redden vertragen.”

Nog iets om diep over na te denken.

S.F. Nar